Om dit gerechtje te bereiden moest de kok wel een vooruitziende blik hebben, want kippen leggen geen eieren in de winter. Althans niet als je ze niet opsluit in stallen met kunstlicht. Dus ergens in de zomer of vroege herfst moeten keukenhulpjes de eieren voor omeletten en dergelijke heel voorzichtig hebben geopend om de lege schalen in de vastentijd te kunnen gebruiken.
Omdat de vulling wordt gemaakt van amandelen, zie je hier een afbeelding daarvan uit het Weense Tacuinum Sanitatis(Gezondheidstabel). Zo te zien is het nog niet zo eenvoudig om amandelen uit hun omhulsel te krijgen. Amandelen golden in de middeleeuwse gezondheidsleer als zeer gezond, omdat zij ongeveer dezelfde eigenschappen bezaten als de gezonde mens. En in de moderne voedingsleer zijn amandelen ook niet verkeerd. Ze leveren veel energie (toegegeven, dat kan ook een nadeel zijn), en bevatten heel veel calcium. Vooral dat laatste was natuurlijk in de Grote Vastentijd als er geen zuivelproducten waren toegestaan, achteraf bezien helemaal niet zo slecht. Ze werden inderdaad gebruikt als vervangers van melk, boter en kaas (amandelmelk, amandelboter, amandelkaas), en ook om deze qua uiterlijk niet van echt te onderscheiden nepeieren te maken. Overigens waren ze wel prijzig, en zeker niet voor iedereen betaalbaar.
Het recept komt dus uit het Gentse convoluut KANTL 15.1, dat in 1986 is uitgegeven in een moeilijk verkrijgbare editie (aldaar recept# 73 op p.20, zie bibliografie). Op mijn site staat het eerste deel inmiddels compleet, met moderne vertaling, het tweede deel ben ik mee bezig, het derde en vierde deel volgen nog.
In plaats van het moeilijk verkrijgbare huisenblas kun je ook gewone gelatine gebruiken, maar weet wel dat deze op basis van beenderen is, dus strikt genomen niet tijdens de vastentijd mag worden gebruikt. Een vegetarisch alternatief is agar-agar dat van zeewier wordt gemaakt, maar dat is niet authentiek middeleeuws.
Een hele uitdaging is nog om erop te letten dat je steeds de twee delen van één ei bij elkaar houdt, zodat je aan het eind een mooi aansluitende eierschaal hebt.
Toetje of hapje voor 4 personen; voorbereiding 35 minuten; bereiding 90 minuten inclusief de pauzes om de gelei te laten stollen.
Vulling voor 4 eieren
2,5 dl dikke amandelmelk gemaakt van 150 gr gemalen amandelen en 3 dl water
½ tl saffraan
2 of 3 eetl + 1 tl suiker
4 blaadjes kleurloze gelatine, 17 gr huisenblas of 5 gr agar-agarvlokken
Eierschalen – Breek 4 eieren zo recht mogelijk op tweederde tot driekwart van de spitse bovenkant. Vang het rauwe ei op (maak er een tortilla van of zo) en spoel de eierschalen even onder de kraan. Laat ze ondersteboven uitlekken in een kartonnen eierdoos. Let er wel op dat je de twee delen van de schaal bij elkaar houdt, anders moet je straks wel heel erg puzzelen.
Maak amandelmelk – Vermaal 150 gram geblancheerde amandelen in de blender, of doe kant & klaar gekocht amandelmeel in de blender. Giet er 3 deciliter water bij dat wel heeft gekookt maar iets is afgekoeld. Draai nog even door, en laat dan een half uurtje staan. Zeef de amandelmelk door een fijnmazige zeef. Wat je opvangt is de melk, de gemalen amandelen in de zeef gebruik je voor de dooier. Je houdt ongeveer een kwart liter amandelmelk over. Zie ook zelf amandelmelk maken.
Maak het ‘eiwit’ – Week gelatineblaadjes tien minuten voor in koud water. Verwarm de amandelmelk weer met 2 of 3 eetlepels suiker, maar laat niet koken. Haal van het vuur en los de uitgeknepen gelatineblaadjes één voor één hierin op. Gebruik je huisenblas of agar-agar, dan los je dit in kokende amandelmelk op, goed roeren. (zie hieronder bij de ingrediënten)
Maak de ‘dooiers’ – Gebruik voor de dooiers de gemalen amandelen waarvan de melk is gemaakt. Doe ze in een kommetje met een theelepel suiker. Kneus de gesneden saffraandraadjes in 1/2 eetlepel heet water, doe dit bij de gemalen amandelen en meng goed.
Je zet deze hele ‘gekookte’ eieren in eierdopjes op tafel. Nu kun je, net als bij een gekookt eitje, de dop eraf nemen en de rest uitlepelen, of het ei helemaal pellen. In onze huidige menu-opbouw eet je dit zoete amandeleitje als dessert.
De ‘dooier’ bestaat volgens het originele recept alleen maar uit gekleurde, gemalen amandelen. Maar je zou natuurlijk voor een superlekker toetje geelgekleurde marsepein kunnen gebruiken! De link gaat naar een recept uit de achttiende eeuw waarin room wordt gebruikt. Dit is een moderne versie, zonder room.
Als je de eieren wilt pellen moet je dat voorzichtiger doen dan bij een gewoon gekookt ei. De witte amandelgelei is niet in één keer in het ei gegoten, en kan makkelijk breken tussen de verschillende lagen.
Alle verklaringen van ingrediënten
Deze stof wordt uit verschillende soorten zeewier gewonnen. Agar-agar is de Indonesische naam, in de Japanse keuken wordt het Kanten genoemd. Het is een heel andere stof dan gelatine: agar-agar bestaat uit koolhydraten, gelatine uit proteïne. Agar-agar heeft dan ook andere eigenschappen dan gelatine, het smelt en stolt bij hogere temperaturen (resp. 90 °C en 45 °C, tegen gelatine 27 °C en 20 °C). Door deze hogere verwerkingstemperatuur wordt agar-agar veel in de tropen gebruikt, bijvoorbeeld in snoepgoed. Agar-agar wordt, in tegenstelling tot gelatine, meegekookt in de te geleren vloeistof. Met agar-agar kun je wel ananas, kiwi en papaya verwerken in gelei, met gelatine niet. In de voedselindustrie gaat agar-agar onder de naam E406.
Gevolg van die hogere smelttemperatuur is dat gelei van agar-agar niet in je mond smelt zoals gelei op basis van gelatine. Bovendien is de textuur wat korrelig.
Of vislijm, isinglass is de vissige variant van gelatine. De naam huisenblas betekent: blaas van een steur. De Engelse term isinglas schijnt een verbastering van het Nederlandse ‘huisenblas’ te zijn. Huisenblas wordt inderdaad gemaakt van de zwemblaas van met name de steur, maar ook van andere vissen. De zwemblaas zorgt voor het drijfvermogen van de vis (Engelstalige link over de zwemblaas). De zwemblaas wordt gereinigd en gedroogd, en vervolgens als platte blaadjes gestapeld, of in lintvorm of stukjes verpakt. Overigens levert het koken van visgraten en -huid óók vislijm op, maar minder sterk.
Huisenblas moet worden gekookt tot het is opgelost, ongeveer 30 minuten. Voor 1 liter vloeistof heb je ongeveer 35 gram huisenblas nodig.
Culinair gebruik van vislijm is al heel oud, het wordt regelmatig in middeleeuwse receptenverzamelingen genoemd (zie bijvoorbeeld dit recept). Het werd ook gebruikt om wijn en bier te clarifiëren. Isenglas is duur, maar nog wel te koop, bijvoorbeeld als hulpmiddel voor thuisbrouwers.
Genoemde edities zijn in mijn bezit of door mij geraadpleegd. De links verwijzen naar verkrijgbare edities.
Middeleeuws recept voor namaakeieren in de Vastentijd
© Auteur
Meteen naar het recept Broden met pompoenpitten kun je tegenwoordig makkelijk kopen, maar het mooie…
Enige tijd geleden heb ik een opleiding tot gecertificeerd NT2-docent voltooid. Ik geef nu les…
Al eerder publiceerde ik op Coquinaria twee recepten uit het kookboek van Maurice Joyant, Le…
Na afloop van een uitgebreide maaltijd schenkt men nog steeds graag een digestief om de…
Als ik het goed zie op de kaart, is de hoofdstad van Senegal, Dakar, de…
Net als in 2018 en 2019 bij de WK's voor mannen en vrouwen, publiceer ik…