Apart en decoratief
Een wel heel bijzondere manier om hardgekookte eieren te serveren bij een Chinese maaltijd, of als extraatje op de Paastafel. Het aardige is, zoals zo vaak bij de Chinese keuken, dat de eieren van te voren worden bereid, je moet alleen nog de eieren pellen. Je krijgt prachtige gemarmerde eieren met een licht kruidig smaakje. Wees niet bang voor de lange kooktijd, de eieren zijn nog steeds te eten!
Reken 1 ei per persoon. Bij meer dan 8 eieren de hoeveelheden voor de vloeistof verdubbelen; voorbereiding 6 minuten; bereiding 90 minuten plus 12 uur marineren.
zoveel eieren als eters
2 eetl sojasaus (Kikkoman)
¼ tl zout
2 hele steranijs, de puntjes losgebroken
2 eetl zwarte Chinese thee (b.v. Oolong)
1 kaneelstokje, in twee stukken gebroken
1 stukje gedroogde mandarijneschil (te krijgen bij de toko, gebruik anders een stukje verse mandarijneschil)
Voorbereiding
Neem geen kakelverse eieren, die zijn moeilijk te pellen. Zorg dat ze tijdens het bewaren regelmatig zijn gekeerd, zodat de dooier min of meer in het midden zit. Kook de eieren zes minuten in water met een beetje zout. Laat ze goed schrikken en afkoelen.
Bereiding
Neem een ei in de palm van je hand, en tik er voorzichtig op met de bolle kant van een lepel tot de schaal overal kleine barstjes vertoont. Leg de eieren meteen in een pannetje waar ze niet te ruim in liggen. Doe dit met alle eieren. Doe de specerijen, thee, sojasaus erbij. Giet er zoveel water bij dat de eieren net onderstaan. Breng aan de kook, roer af en toe tot er geen thee meer op het water drijft. Doe het deksel op de pan en laat anderhalf uur zachtjes sudderen op een sudderpitje. Zet dan het vuur uit, en laat de eieren minstens twaalf uur op kamertemperatuur in de vloeistof liggen, 36 uur mag ook.
Serveren
Als je de eieren wilt serveren ga je ze pas pellen. Het wordt bij ieder ei een verrassing hoe dat eruit ziet. Soms zijn ze heel mooi gemarmerd, soms was de schaal iets tezeer gebroken, waardoor er één donkere vlek op het eiwit is gekomen. Maar dit gaat niet ten koste van de smaak.
Ingrediënten
Alle verklaringen van ingrediënten
Anijs en steranijs
Anijssmaak wordt gewaardeerd, zowel in het oosten als in het westen. In het Midden-Oosten, waar de eenjarige anijsplant inheems is, en rond de Middellandse Zee wordt al vanaf de vierde eeuw voor Christus (en volgens sommigen nog eerder) anijszaad gebruikt. Dat is afkomstig van de Pimpinella anisum. De kenmerkende zoete smaak komt van anethole, een etherische olie. In China groeit Illicium verum, een aan de magnolia verwante evergreen waarvan de stervormige, gedroogde vruchten ook rijk zijn aan anethole. Zie ook Venkel.
Sojasaus
Er zijn verschillende soorten sojasaus, allemaal zwart of op z’n minst heel donker roodbruin. De basis is gefermenteerde sojabonen en tarwemeel, en zout. Hier in Nederland is Indonesische ketjap van oudsher de meest bekende sojasaus. Deze saus is net als Chinese sojasaus tamelijk dik, maar anders dan Chinese sojasaus zoet van smaak. De Japanse sojasaus is dunvloeibaar, en zout, en verkrijgbaar in twee kwaliteiten, donker en “licht” (die ook behoorlijk donker is).
Overigens zit er ook in “zoete” ketjap véél zout. Er zijn veel verschillende variëteiten en kwaliteiten sojasaus. Goed merk Indonesische ketjap: kaki tigi (de drie voetjes).
Belangrijk is dat je voor Japanse gerechten Japanse sojasaus gebruikt, voor Chinese gerechten sojasaus uit China, en voor Indonesische gerechten ketjap. Ze hebben namelijk elk een zó eigen karakter dat je ze niet zomaar kunt verwisselen. Je kunt wel de Indonesische ketjap asin (zoute ketjap) gebruiken voor Chinese sojasaus.
Recept voor Chinese thee-eieren
© Auteur